Viking grafgiften

Viking grafgiften

Viking grafgiften vertellen ons een schat aan informatie maar we moeten uitkijken voor misinterpretaties. Zo kunnen voorwerpen zijn meegegeven tijdens het begrafenisritueel om hun magische kracht of symbolische betekenis. Bijvoorbeeld bijlen kunnen worden geassocieerd met huisnijverheid, ambacht, oorlog, vruchtbaarheid of magie. Terwijl spintollen de vrouwelijke deugd van textielbewerking, economie maar ook het lot symboliseren. Jonge kinderen werden soms met wapens begraven die ze duidelijk niet tijdens hun eigen leven gebruikten. Wapens in vrouwengraven kunnen soms worden geassocieerd met huisnijverheid, magie of oorlog. Soms representeerden ze alleen de identiteit van de overledenen, terwijl in andere gevallen een duidelijk verband is met oorlogvoering. In de Ljósvetninga saga crossdresst een völva als man met helm en bijl. Ze gebruikt deze om een voorspelling te doen. 

Regelmatig werden naast materiële grafgiften ook dieren en bedienden meegegeven in rijke Viking graven. Deze traditie werd eveneens bij de Kelten en Scythen gedaan en dateert waarschijnlijk van hun voorouders, de Proto-Indo-Europese steppeherders. 

Terughalen van grafgiften

De magische rol van grafgiften wordt benadrukt door het feit dat voorwerpen soms ook werden teruggehaald vanuit de graven van de voorouders. De saga maken melding dat deze voorwerpen vaak magische krachten bevatten en de nieuwe eigenaar hielpen met het vervullen van hun lotsbestemming. Eveneens werden er, soms lang nadat een persoon begraven was, grafgiften toegevoegd, zoals aan het 11e eeuwse graf van Suantaka.

Sommige voorwerpen hadden een eigen identiteit en gaven de drager een magische kracht, zoals we in deze andere blog bespreken. In plaats van objecten te zien als simpele, passieve dingen, is het beter om ze te begrijpen als actieve krachten in de wereld. De Vikingen zagen voorwerpen als niet-menselijke participanten in de interactie tussen mensen, het bovennatuurlijke en het onbekende.

Een aanzienlijk deel van grafgiften heeft een spirituele functie, die wij moderne mensen niet altijd kunnen herinterpreteren. Vikingtijd Scandinaviërs maakten geen onderscheid tussen het seculiere en de sacrale wereld. Het Oudnoords kent geen woord voor religie maar noemt het siðr, wat ‘gewoonte’ of ‘traditie’ betekende. Magie en spiritualiteit vormden belangrijke praktijken en tradities.

Animisme

De Vikingcultuur was animistisch. Dit betekende dat plekken in de natuur, de zee en zelfs stenen hun geestkracht of persoonlijkheid hadden. Deze traditie werd dus ook gedaan met voorwerpen. Dit laat zien dat grafgiften niet zomaar bij de overledene werden gelegd. Sommige onderzoekers zien dit als een manier om rouw te uiten, terwijl anderen denken dat deze objecten dienen om magische of bovennatuurlijke krachten op te roepen of af te weren.

Begrafenissen draaiden niet alleen om mensen

In Oudnoordse poëzie wordt bijvoorbeeld gesproken over mensen als náðfǫr – letterlijk ‘lijkvoedsel’. Dit suggereert dat begrafenissen niet alleen draaiden om het eren van de overledene, maar ook een rol speelden in bredere spirituele en niet-menselijke verbanden, waarbij in hun Dharmatische religie de dood werd gezien als voeding voor het geven van leven. 

We kunnen niet alleen naar begrafenissen kijken als een manier om overleden mensen te eren of als een directe weergave van zijn identiteit. Hoewel begrafenisrituelen door de levenden worden uitgevoerd, zijn ze zelden alleen voor de levenden bedoeld. Ook begrafenissen waren voor de samenleving veel meer dan nuttige, praktische handelingen. Ze waren ook een manier om de sociale en spirituele banden tussen leden uit de gemeenschap en tussen de gemeenschap en de doden te versterken. De doden bleven deel uitmaken van de gemeenschap waarin ze hebben geleefd. 

Voor de Vikingen waren paden en wegen niet alleen routes voor handel en reizen, maar ook een manier om contact te maken met andere werelden. Op deze manier hielpen objecten in graven om de verbinding tussen Midgard (de mensenwereld) en het bovennatuurlijke te behouden.

De doden horen bij het sociale systeem

Aan alles in de Viking cultuur en in andere Proto-Indo-Europese culturen blijkt dat de doden bleven participeren in het sociaal systeem. Ze waren nog steeds onderdeel van de samenleving. Deze mentaliteit lag in het verlengde van het animistische karakter van deze Dharmatische religies. 

De doden en zelfs hun grafgiften hadden krachten en bleven invloed uitoefenen op de wereld van de levenden. Regelmatig werden de doden geëerd en om raad gevraagd. Er zijn vele folklore verhalen van mensen die in slaap vielen op grafheuvels om zo een visioen te ervaren. Dit laat zien dat begraven niet alleen een manier was om de overledene te eren, maar de dharmatische relatie tussen de doden, levende en onsterfelijke ziel te behouden.  

Voorbeelden van voorwerpen die vaak als grafgiften werden meegegeven zijn:

Kettingen, amuletten en kralenkettingen

Van veel sieraden wordt aangenomen dat ze kracht en bescherming gaven aan de overledenen, zowel in dit leven als in het volgende. Thorshamers en Odinistische sieraden benadrukken de verbintenis tussen de overledene en deze goden en bieden bescherming aan de overledene.

Wapens, zowel opzettelijk verbogen als recht

De bekendste grafgiften waren wapens, ze hadden mogelijk magische kracht en een eigen personificatie. Wapens symboliseerden waarschijnlijk bescherming aan de overledene en benadrukte de status van de overledene. De status van de overledene was belangrijk omdat het maatschappelijk klassesysteem de kosmische orde in stand hield. Als een krijger in vredestijd overleed, braken Vikingen zijn wapens om te voorkomen dat hij ze zou gebruiken als hij in een draugr, een 'demonische' ondode, zou veranderen.

Aardewerk kookgerei

Proto-Indo-Europese volkeren, dus ook de Vikingen, hadden een dharmatische samenleving gebaseerd op eedgebonden wederkerigheid. Het gastvrijheidsprincipe was heilig en het geven van feesten speelde een belangrijke rol in de samenleving en economie. Het meegeven van kookgerei kan worden gezien als onderdeel van de begrafenisceremonie, waaromheen vaak een ‘feest’ gegeven werd, waar onderling heilige afspraken werden gemaakt. Het kan ook wijzen op een gastvrijheidsfeest met de goden, waarbij de goden figureren als gastheer en de overledene als gast in de nieuwe wereld.

Ketels en messen

Naast associatie met feest hebben ketels en messen ook een rituele betekenis als associatie met offergaven, bløts.

Dieren & bedienden

Soms werden ook dieren zoals paarden en soms zelfs bedienden meegegeven in het graf. Dit konden zowel mannen als vrouwen zijn.

Het graf

Het graf werd een heilige plek waar de overgang tussen de verschillende werelden het dunst was. Hier kon contact worden gezocht met de voorouders en de goden.

Opvallende graven waren de Viking boot graven en grafheuvels. Dit waren symbolen van de elite binnen de samenleving. Grafheuvels werden bij de Indo-Europese steppe herders populair en waren op de grote vlaktes van de steppe van verre weg zichtbaar. Deze traditie bleef tot in de Vikingtijd in gebruik.

 

Opgeslagen in de blog: Blog & lookbook

  • auteur: Patrick
Wees de eerste om te reageren:

Laat een reactie achter

*Verplichte velden