Get the Look: Keltische krijger

Get the Look: Keltische krijger

Indo-Europese oorlog bendes kóryos

In Indo-Europese culturen was het een veelvoorkomend gebruik dat een groep jonge mannen in hun tienerjaren deelnam aan een krijgsgroep (kóryos). De mannen hadden nog geen vermogen of invloed opgebouwd en moesten zichzelf nog bewijzen. Deze kleine groepjes vormden vaak een cultus waarin een god centraal stond en dat zichzelf associeerde met de wolf, het zwijn of de beer. Voorbeelden hiervan komen overal in de Indo-Europese culturen voor, zoals de Germaanse Berserker, de Keltische Fianna, de Romeinse Velites en de Spartaanse Crypteia. De dieren representeerden hun sluwheid, kracht en agressie.

Nadat ze pijnlijke beproevingen hadden ondergaan om tot de groep toe te treden, werden ze weggestuurd om een ​​aantal jaren lang als landloze krijgers in het wild te leven. Ze leefden in groepen die varieerden van twee tot twaalf leden. Binnen een groep waren wetteloze acties zoals nachtelijke plunderingen en het roven van vee gebruikelijk. De jonge mannen hadden geen ander bezit dan hun wapens. Ze leefden aan de rand van de samenleving en van wat de natuur hen bracht. Hun leven draaide aan de ene kant om vechten, het jagen op wild en het plunderen van nederzettingen en aan de andere kant om het reciteren van heroïsche verhalen. Die verhalen vertelden de daden van helden uit het verleden en beschreven legendes over veediefstal. De inwijding binnen de kóryos werd gezien als een overgangsfase voorafgaand aan de status van volwassen krijger en werd meestal bekroond met een deelname aan de stam of stadstaat. De kóryos werden symbolisch geassocieerd met dood en liminaliteit, maar ook met vruchtbaarheid en seksuele losbandigheid.

Keltische mythologie

De Keltische oorlogvoering had een sterk mythologisch karakter. In de stammenstructuur van de Keltische samenleving waren kleine gewapende conflicten vermoedelijk aan de orde van de dag. Door de op oorlog gefocuste cultuur werden relaties tussen de stammen waarschijnlijk continu op de proef gesteld. Dit leidde tot een vorm van concurrentie waarbij stammen genoodzaakt waren om militair het beste uit zichzelf te halen. De Keltische stammen lijken oorlogvoering meer als sport te hebben gezien dan als middel voor veroveringen. Het roven van vee creëerde tot op zekere hoogte economische schade bij andere stammen, maar krijgsbendes gebruikten het vooral om zichzelf te kunnen bewijzen.

De Keltische mythologie heeft geleden onder de invloed van Romeinse veroveringen, wat resulteerde in fragmentatie. De meeste continentale Keltische volkeren, zoals de Galliërs, Galaten en Celtiberiërs, zagen hun mythologieën verdwijnen. Wat rest zijn slechts brokstukken, gevonden in Grieks-Romeinse bronnen en archeologische vondsten. De meeste intacte Keltische mythologieën zijn te vinden bij de Insulaire Keltische volkeren die hun verhalen en tradities mondeling hebben doorgegeven. Pas in de middeleeuwen werden deze opgeschreven door christelijke geleerden, lang nadat het pre-christelijke tijdperk waarin ze ontstonden voorbij was. De Ierse mythologie kent de grootste verzameling geschreven mythen, gevolgd door de Welshe mythologie. Andere overblijfselen zijn te vinden in de Cornish-mythologie, de Bretonse mythologie en de Schotse mythologie.

Keltische politieke structuur

Keltische stammen waren niet alleen betrokken bij conflicten binnen hun eigen gemeenschappen, maar sloten soms ook allianties met externe machten zoals de Romeinen, Grieken, Carthagers, Etrusken en Germaanse stammen. Deze allianties waren zowel tegen elkaar gericht als tegen andere Keltische groepen. De organisatiestructuren van Keltische stammen en samenlevingen varieerden sterk. Terwijl sommige groepen strakke hiërarchische systemen hadden, met een monarchie aan de top, vertoonden anderen een meer representatieve organisatiestructuur die typisch was voor een republiek, vooral tijdens de Gallische Oorlogen.

De historische Keltische groepen waren divers en omvatten de Belgae, Bituriges, Boii, Britten, Keltiberiërs, Gaels, Galaten, Gallaeci, Galliërs, Helvetii, Lepontii, Norici en de Volcae. Deze groepen waren vaak de bron van culturele verspreiding en verandering door middel van afstamming, migratie en de verspreiding van Keltische invloeden. Hierdoor ontstond een lappendeken van duizenden verschillende Keltische stammen die over grote delen van Europa regeerde. Elke stam zag het gebied waarover ze regeerde als hun gebied en koppelde hun structuur aan dat gebied. In sommige gevallen konden stammen elkaar wel veroveren, maar het leefgebied bleef alsnog van de betreffende stam. Hierdoor ontstond een structuur van koningen en opperkoningen.


Archeologie

Archeologie heeft veel inzicht verschaft in de materiële cultuur van de Kelten, vooral die van de La Tène-cultuur en de Hallstatt-cultuur. Desalniettemin blijft de interpretatie van deze vondsten onderwerp van veel speculatie en discussie. Lange tijd werd bijvoorbeeld gedacht dat de Kelten koppensnellers waren, maar recent onderzoek in Frankrijk suggereert dat de verzamelde hoofden mogelijk afkomstig waren van gedode bondgenoten, die werden opgesteld in zuilengangen, terwijl de verslagenen in massagraven werden begraven en hun wapens ritueel werden gebroken.

 

Kampioen Gevechten

Kampioen Gevechten vormden een significant deel van de Keltische mythologie, zoals te zien is in verhalen zoals de Ulster-cyclus, de Vierde Tak van de Mabinogi en de Arthur-cyclus. In de Táin Bó Cúailnge, met name het epische verhaal van de Ulaid-held Cú Chulainn, verslaat hij één voor één een heel leger uit Connacht in een heroïsch tweegevecht.
Deze legendes schilderen levendige beelden van strijd, waarin de speer (gae) en de gá-ín (het OudIers kent tientallen woorden voor ‘speer’) een centrale rol spelen, zonder melding te maken van helmen of metalen pantsers, wat consistent is met archeologische bevindingen. Strijdwagens waren eveneens van groot belang in de oorlogvoering en cultuur van verschillende Keltische groepen. Het begraven van deze wagens diende als een belangrijk en verbindend element in Keltische culturen zoals de Hallstatt-cultuur, La Tène-cultuur, Gallische en Brittonische culturen. Opmerkelijk is dat er in Ierland nog geen overblijfselen van dergelijke voertuigen uit die periode zijn ontdekt.

Keltische wapens

De wapens en bepantsering van de Kelten waren eigenlijk zeer geavanceerd. Ze stonden bekend als meester-ijzersmeden in culturen zoals Hallstatt, La Tène en de provincie Noricum. Ondanks beschrijvingen van klassieke schrijvers zoals Livius en Florus die de Kelten neerzetten als “vechtend als wilde beesten", spreekt Julius Caesar deze voorstelling tegen. In zijn verslagen van veldslagen tegen Gallische stammen, in de Commentarii de Bello Gallico beschrijft Caesar continentale Kelten die op een georganiseerde manier vechten en zelfs formaties, zoals een Phalanx of Testudo, aannemen als verdediging tegen oprukkende cavalerie. Dit staat in schril contrast met het stereotype van de ongeorganiseerde, naakte Keltische barbaar die wordt omschreven in andere Grieks-Romeinse bronnen.

Keltische infanterie

Tacitus schreef dat de kracht van de Kelten lag in hun infanterie, een observatie die vaak bevestigd werd tijdens vroege ontmoetingen en gevechten tussen de Kelten en hun Grieks-Romeinse tijdgenoten. Hoewel de tactieken en uitrusting van de Keltische infanterie aanzienlijk verschilden van groep tot groep, waren er enkele gemeenschappelijke elementen. De gemiddelde Keltische krijger droeg speren, met voor de welgestelden een speer of zwaard en een schild. Hoewel sommige klassieke bronnen, zoals Polybius, aanvankelijk suggereren dat de uitrusting van de Kelten over het algemeen eenvoudig en inferieur was, vertelt de adoptie van Keltische wapens en technologie door vele klassieke tijdgenoten een ander verhaal.

Keltische cavalerie

Keltische volkeren stonden ook bekend om hun bekwaamheid te paard, zowel op als buiten het slagveld. Paarden vervulden een belangrijke rol in de algehele Keltische cultuur, waarbij bezit ervan gekoppeld was aan zowel sociale als financiële status. Strabo schreef zelfs dat, hoewel alle Galliërs van nature uitstekende krijgers waren, ze beter vochten te paard dan te voet en dat de beste Romeinse cavalerie uit hun midden werd gerekruteerd. Gallische hulptroepen te paard werden vaak ingezet door de late Romeinse Republiek en het vroege Romeinse Rijk. Deze Keltische huurlingen, geleid door Publius Licinius Crassus, hielden stand tegen een Parthische strijdmacht tijdens dit cruciale conflict.

Strijdwagens

Bij eerdere confrontaties met de Romeinen, zoals de Slag bij Sentinum, maakten sommige Kelten gebruik van strijdwagens. Hoewel strijdwagens aan het einde van de 3e eeuw voor Christus buiten gebruik raakten op het Europese vasteland, ontdekte Caesar dat ze nog steeds een belangrijke rol speelden in de Brittanische oorlogsvoering. Volgens zijn beschrijvingen bevond hij zich in Groot-Brittannië tegenover een leger dat in een overgangsfase zat, waarbij cavalerie aanwezig was, maar een elite die nog steeds vocht vanuit strijdwagens. Hij beschrijft hoe deze krijgers speren uit hun voertuigen wierpen voordat ze te voet de strijd aangingen, en vervolgens weer terugkeerden naar hun strijdwagens om zich terug te trekken of opnieuw aan te vallen. De cavalerie werd gebruikt voor schermutselingen. Galliërs merkten op dat ze vroeger zelf strijdwagens hadden gebruikt, maar deze inmiddels hadden afgedankt.
Hun strijdwijze met de strijdwagens verliep als volgt: in eerste instantie reden ze in verschillende richtingen rond, wierpen hun wapens en verstoorden zo de gelederen van de vijand, louter door de angst voor hun paarden en het geluid van hun wielen. Wanneer ze zich echter tussen de paarden van de vijand hadden gewerkt, sprongen ze van hun strijdwagens en zetten te voet de strijd voort. Ondertussen trokken de wagenmenners zich iets terug uit de strijd, strategisch geplaatst bij de strijdwagens, zodat ze gemakkelijk konden terugtrekken naar hun eigen troepen als hun meesters werden overweldigd door de vijandelijke overmacht. Zo toonden ze in de strijd de snelheid van een paard, gecombineerd met de standvastigheid van de infanterie.

Naakte krijgers

Bij de slag bij Telamon (225 v.Chr.) droegen Gallische krijgers naar verluidt alleen broeken en capes. In de Noorse traditie verachtten Berserkers het gebruik van harnassen en droegen ze liever alleen een dierenhuid. Oude Italische stammen hadden ook 'waanzinnige' krijgers in hun gelederen die naakt, op blote voeten, met golvend haar en vaak in een tweegevecht vochten. Ook jonge Vedische jongens droegen tijdens hun inwijding binnen de kóryos alleen een riem en een dierenhuid. De riem stond als teken voor de gebondenheid aan de kóryos. De Griekse historicus Herodotus maakt er melding van dat Galliërs soms naakt vochten. Tacitus meldt over de Germaanse stammen de Cimbri en Teutonen dat ze naakt vochten in een soort extase van razernij. Ook veel beeltenissen van Gallische krijgers laten de krijger naakt zien. Zowel de Romeinen als de Kelten zelf beeldden soms hun krijgers naakt af zoals op het beeld van de Clauberg krijger Maar veel afbeeldingen tonen de krijgers niet naakt.. Wat wederom wijst op een rituele vorm van oorlogvoering in plaats van gebruikelijke krijgshandelingen.

Terracotta beeld Egypte

Een terracotta beeld van een naakte Galatische/Keltische krijger, gevonden in Egypte en daterend uit de 3e-2e eeuw voor Christus. De Galaten werden in grote aantallen ingehuurd door de Ptolemaeïsche regering om als huurlingen te dienen, waarbij verschillende gemeenschappen van hen in de nomes van Egypte verbleven. De Keltische krijger wordt naakt afgebeeld en draagt een mantel en een riem.

Hirschlanden krijger

De Keltische krijger van Hirschland maakt deel uit van een grafheuvel uit de Hallstatt D periode, 6e-5de eeuw v.Chr. Mogelijk representeert het beeld de eigenaar van de grafheuvel. Dit geeft aan dat krijgers niet naakt vochten door financiële redenen.

Samenstelling

In deze samenstelling hebben we een Keltische krijger gemaakt die deel uitmaakt van een strijdbende. Vaak vochten zij naakt of met alleen een mantel of broek aan. Het personage in deze samenstelling heet Ambiorix en is 21 jaar oud. Hij is dus waarschijnlijk op het eind van zijn periode als lid van de strijdbende. Binnenkort keert zijn strijdbende terug naar de stam om hun heldhaftige overwinningen te vieren en om te trouwen en kinderen te krijgen. Hij zal vervolgens een positie krijgen binnen de krijgersklasse van de stam.
Tijdens de gallische oorlogen waren deze strijdbenden een ramp voor de Romeinse legioenen. Want wat is er nou heldhaftiger dan enkel gewapend met een speer de vijand van uit het niets aanvallen en geen nachtrust meer gunnen.

Broek

De broek die Ambiorix in deze samenstelling draagt is een Thorsbergbroek. Dit type broek werd universeel vanaf de prehistorie gedragen. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/thorsbergbroek-fenris-bruin.html 

Schoeisel

Ambiorix draagt in deze samenstelling vrij basis prehistorische schoenen. De schoenen zijn makkelijk te maken en verstellen en bieden voldoende bescherming aan de voeten. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/middeleeuwse-sandelen-met-rubber-zool.html

 

Riem

Het belangrijkste kledingstuk van Ambiorix is zijn riem. Die staat voor de verbondenheid aan zijn strijdbende, zijn god en/of dierencultus (Beer, zwijn, wolf). Tijdens de strijd methamorfeerde (Therianthropie) Ambiorix ritueel in zijn godheid of dier. Hierdoor had hij bovennatuurlijke krachten en vocht hij als het betreffende dier of de godheid. Zijn daden waren niet toe te wijzen aan hem, maar aan de wolf in hem. 

Ambiorix draagt in deze samenstelling deze riem. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/keltische-la-teneriem-met-riemhaak-bruin.html

Lichaamsbeschildering

Waarschijnlijk droegen Kelten lichaamsbeschildering in de strijd. Er zijn verschillende bronnen die suggereren dat dit werd gedaan.

In de "Historia Naturalis" (Natuurlijke Historie) van Plinius de Oudere beschrijft Plinius verschillende aspecten van de Keltische cultuur, waaronder mogelijk ook de praktijk van beschilderde krijgers. In de werken van de Griekse historicus Herodotus worden de Kelten beschreven als volkeren die zichzelf in de strijd beschilderden, maar hij vermeldt niet expliciet of het om krijgers ging. Daarnaast betekent Brittannië (Britanni) zoiets als beschilderde mensen.   

We hebben Ambiorix beschilderd met blauwe schmink, de motieven komen uit de La Tène kunststijl. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/epic-armoury-epic-effect-make-up-marineblauw.html  

Helm

Ambiorix draagt een messing Montefortino helm. We zijn hiervoor geïnspireerd door een gouden Keltiberische broche uit de La Tène periode waarop een naakte Keltische krijger staat afgebeeld die tegen een draak vecht. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/deepeeka-republikeinse-montefortino-a-messing.html 

 

Speer

De Kelten maakten erg veel gebruik van speren. Speren zijn sneller dan zwaarden en ze hebben meer bereik. Daarnaast kunnen ze ook worden gebruikt als werpwapens. Voor Ambiorix zijn speren zijn primaire wapen. Mogelijk had hij altijd meerdere speren bij zich. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/bladvormige-keltische-speerpunt.html

https://www.celticwebmerchant.com/nl/keltische-la-tenespeerpunt.html

https://www.celticwebmerchant.com/nl/ulfberth-handgesmede-germaanse-werpspeerpunt.html

Zwaard

In deze opstelling hebben we Ambiorix een kortzwaard gegeven. Op sommige beeltenissen van naakte Keltische krijgers wordt de krijger met zwaard afgebeeld. In werkelijkheid is het de vraag of een krijger in deze fase van zijn leven voldoende vermogen had om een zwaard aan te kunnen schaffen. 

https://www.celticwebmerchant.com/nl/deepeeka-keltisch-kortzwaard.html

Opgeslagen in de blog: Blog & lookbook

  • auteur: Patrick
Wees de eerste om te reageren:

Laat een reactie achter

*Verplichte velden